Het valt niet mee om een geweldige kampeervakantie in een paar blogs samen te vatten. Dat ga ik dus ook niet doen. Henny is bezig met een mooi verslag. Kijk daar maar eens... Deel 1 Deel 2 Wél wil ik je laten meegenieten van de vlinders en andere insecten die we hebben gezien. We hebben talloze blauwtjes gezien. Dit is er een van. De geelbandlangsprietmot (Nemophora degeerella) is het nachtvlindertje met de langste antennes in Europa. Het beestje zelf is nog geen twee cm, maar de antennes van het mannetje zijn zeker vijf cm lang. (Henny heeft deze foto gemaakt.) De vlinder die de grootste indruk op ons maakte, was de grote weerschijnvlinder (Apatura iris). De binnenkant van de vleugels lijkt saai zwart, tot de Zon er op schijnt: dan zie je de prachtigste kleuren verschijnen. In dit filmpje zie je er een vocht halen uit een hondendrol. Op het eerste gezicht lijkt dit ook een grote weerschijnvlinder. Het is echter de ...
We wonen in Drenthe, in een best wel groot dorp (Ruinen), in een leuk klein huisje in een gewone straat, maar wel bijna aan de rand. Dit betekent dat we best veel dieren in onze tuin mogen verwelkomen: mussen, mezen, gaaien, eksters, duiven, roodborstjes en zo nu en dan een bijzondere gast. Maar toen Henny gisteravond vanuit de keuken ineens riep: "Er zit een fazant in de tuin!", keek ik toch wat vreemd op. Fazanten zie je in deze streek zelden: er zijn niet alleen vossen, maar vooral ook veel jagers in dit gebied, en vooral de laatsten staan er niet om bekend dat ze de dieren die hier leven een lang leven gunnen. Dat terzijde. Ik zat achterin de kamer, en mijn camera lag naast de bank bij het raam. Vlak bij de fazant dus, die op zijn dooie gemak het graan op stond te pikken dat we voor vinken en mussen uitgestrooid hadden. De camera van Henny lag op tafel, dus daar maakte ik eerst wat 'bewijsfoto's' mee. Daarna kroop ik heel voorzichtig over de grond n...
Soms heb je gewoon geluk... Vanochtend waren we bijna klaar met het Sandd-rondje toen we in de verte een grote vogel zagen vliegen. Onze eerste indruk was dat het een ooievaar was, maar hij leek de lange nek en de lange poten te missen. We pakten de verrekijker en de camera erbij en toen zagen we dat het een heel andere vogel was: het leek wel een zeearend! Dat verwacht je hier niet, en zeearenden zijn zo zeldzaam dat je niet gelooft dat je hem zelf ziet. Om een lang verhaal kort te maken: ik meldde hem na thuiskomst op waarneming.nl en daar kreeg ik de bevestiging. De zeearend wordt ook wel 'vliegende deur' genoemd. Met een spanwijdte van 2 tot 2,5 meter is dat niet overdreven. Onder de arend hangt niet een van zijn klauwen, maar vliegt een huiszwaluw. Veel roofvogels krijgen voortdurend bezoek van kraaien, spreeuwen, kauwen en andere vogels die hun gebied roofvogelvrij willen houden. Huiszwaluwen doen daar kennelijk ook enthousiast aan mee...